Blue NoteIk liep ooit door de VeemarktstraatHakend naar meer, het leven nietKlaar, of toch niet de dag die zietHoe de jongen de nacht ingaatDe blootheid onder de verenOpwindend als de motregenDie zich straks op de fiets tegenHet lichte gezicht zal kerenIn het donker de klanten, zuurZuurverdiend geld verbrandend opHet altaar van onmacht, dat uur
Na uur de bezopen gaven- Deze dorst is niet te laven-Uitstort over een tepeldop
C. Gijsen.